HOE KOMEN WE TERECHT IN HUIS DE WIERS?
O JA, DIE KOMEN ER AL WEER AAN!
Lekker komt op 28 oktober uit. Michelin presenteert zijn gids op 17 november.
DAT WORDT WEER SPANNEND IN DE KEUKEN. EN: KENDEN WIJ HUIS DE WIERS?
Nee, maar dat gaat nu veranderen. We nemen de afslag Nieuwegein op de A27 en komen in Nieuw Vreeswijk, een knus retrowijkje aan de Vaartsche Rijn: klinkerstraatjes, bakstenen huizen, bruggetjes en luiken voor de ramen. Zo’n wijk die moderne architecten vreselijk vinden, maar waar gewone mensen graag wonen. Tussen Nieuw Vreeswijk en het ernaast gelegen industrieterrein staat een opvallend hoog huis. Hier bouwde vier eeuwen geleden edelman Willem Ploos van Amstel zijn ridderwoning. Die werd vorige eeuw afgebroken, maar in 2006 in moderne stijl heropgebouwd door een architectenbureau. Het is strakker dan het origineel met een gevel die van onder tot boven bedekt is met koperen platen. De gewelven in het souterrain zijn nog origineel. Daar zit het restaurant.
ETEN IN DE KELDER?
Klinkt erger dan het is. Want het is best mooi. De oude kruisgewelven zijn asgrijs gestuct en de inrichting is licht en modern: witte tafels en stoelen, crèmekleurige bank, kabouter Plop-achtige schemerlampen van dikke lappen vilt.
WAT ETEN WE?
We zwieren van rechts naar links over de menukaart: vegetarisch voorafje, haas tussendoor, vis als hoofd en chocoladetaart toe.
SMAAKT HET?
Hier wordt de gast niet gemakzuchtig naar de mond gekookt.
We schrikken van de groentenpap in een glaasje die als amuse wordt geserveerd: Olvarit à la carte. Maar het eerste gerecht stelt ons gerust. Het is een vrolijk bordje bereidingen van wortel: zoetzuur, als crème, als frisse tartaar met gember. Dat wordt afgewisseld met dotjes luchtig kerrieschuim, nopjes pittige wasabimayonaise en beetgare roosjes ingelegde bloemkool.
Elke gedachte aan babyvoeding wordt door gang twee weggevaagd. Haas heeft van zichzelf al een stevige smaak. Die is nog eens extra aangezet met een bittere jus van koffie en spruitenblad. Alleen de licht zoete crème van knolselderij zorgt voor enige verzachting. Hier wordt de gast niet gemakzuchtig naar de mond gekookt. Dit is een bord met ballen: spannend en gedurfd.
Vergeleken daarmee is het hoofdgerecht weer wat toegankelijker: een dik stuk kabeljauw met gefrituurde mosseltjes in een warme paprikabouillon waar lepeltjes tapenade en rolletjes komkommer met zoetzure rettich in ronddrijven. Zoetzuur is een beproefde methode om een gerecht fris te houden, maar het is erg veel hier; dat trekt de boel uit het lood. Maar de bouillon is lekker krachtig en de vis is dik genoeg om al die smaken aan te kunnen.
Als dessert hebben we een nogal massieve plak chocoladetaart met vijg: gepocheerd, als sorbet en als gel. Daar hadden we iets anders van verwacht. Een lekker warm taartje bijvoorbeeld.
HOE IS DE BEDIENING?
Vriendelijk en attent, zonder dat je het gevoel krijgt dat ze je op de huid zitten. Heel prettig.
EN?
Het zal ons niet verbazen als Huis de Wiers dit jaar opduikt in de restaurantgidsen. Maar je weet het nooit.